Vakgroep Neerlandistiek – Eötvös Loránd Universiteit

2016-2017 2de semester

BBN-NED11-613 Scriptiebegeleiding

Doel: studenten leren hoe ze een Nederlandstalige literaire tekst of een Nederlands taalkundige onderwerp in een scriptie moeten analyseren.

Inhoud: Scriptanten maken onder andere kennis met hoe een wetenschappelijke tekst in elkaar zit en wat de basisvereisten voor hun scriptie zijn. Ze leren hoe ze hun scriptie moeten voorbereiden door een leeslijst en een werkplan. Zowel formele – titel, ondertitel, indeling tekst, verwijssysteem, bibliografie, bijlage, dankbetuiging, samenvatting – als inhoudelijke aspecten  aan bod komen.

Studenten schrijven elke week een hoofdstuk van hun scriptie dat dan op de les besproken wordt. Ze leren eveneens hoe ze met secondaire literatuur moeten omgaan. Er wordt gestreefd naar een kritische houding ten opzichte van eigen en andermans werk. Aan het eind van het semester geeft iedereen een korte ppt presentatie vanzijn/haar scriptie.

Beoordeling en cijfers: Studenten worden beoordeeld op grond van hun activiteit op de les en de kwaliteit van hun geschreven hoofdstukken op een schaal van 1 tot 5. Ze mogen drie keer afwezig zijn van de werkcolleges.

Literatuur:

Warna Oosterbaan: Een leesbare scriptie. Gids voor het schrijven van scripties, essays en papers. Amsterdam: Prometheus, 2006.

Afwisselend per student afhankelijk van het thema van de scriptie.

 

NEDD-12 313, NEDD-12 212 Literaire knooppunten 2-4:Nederlandse literatuur in beweging. Cultuurbemiddelaars – methode, concepten, problemen (onderzoekscollege)

 

Docent: Judit Gera, Orsolya Réthelyi

Mail: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

Tijd en plaats: donderdag 15:00-17:15, lokaal 155

Voertaal: Nederlands/Hongaars

Vorm: werkcollege

Niveau: MA 1ste jaar, MA 2de jaar

Krediet: 5

Spreekuur: Donderdag 14:00-15:00

Leerdoelen

Studenten maken kennis met het onderzoek naar cultuurbemiddelaars en literaire receptie. Het betreft zowel theoretische benaderingen en vraagstellingen als het toepassen hiervan  op Hongaarse en Nederlandse cultuurbemiddelaars uit de negentiende en twintigste eeuw.  Het doel van de cursus is een tentoonstellingstekst te schrijven voor de website nedcult.hu. Op grond van dit werk wordt de tentoonstelling Cultuurbemiddelaars tussen Nederland en Hongarije rond de vorige eeuwwisseling in november 2017 in Het Onderzoekscentrum Culturele Transfer de Lage Landen en Hongarije gehouden.

Beoordeling en cijfers: De studenten maken een samenvatting van de kernideeën van elk artikel (leesopdracht) en formuleren voor de les drie relevante vragen die in het artikel geproblematiseerd worden (300-400 woorden per artikel). Daarnaast bewerken studenten leven en werk van een cultuurbemiddelaar in kleinere groepen. Ze schrijven en redigeren elke week een opstel over een casus. Ze werken aan een schriftelijk onderdeel van de tentoonstellingscatalogus dat ze aan het eind van het semester inleveren.

Opbouw van de cursus:

Week 1 (16 februari): Afspraken en planning, introductie

Week 2 (23 februari)

Theorie:

Leesopdracht: Petra Broomans: 'Zichtbaar in de canon. Spelregels voor cultuurbemiddelaars. Spelregels voor cultuurbemiddelaars.' In : Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. 128, 3/4, p. 256-275. http://docplayer.nl/24593738-Petra-broomans-zichtbaar-in-de-canon-spelregels-voor-cultuurbemiddelaars.html

Casus 1a

Week 3 (2 maart)

Casus 1b

  • Karel Szalay: Werk

  • Anthologie Holland költőkből

http://mek.oszk.hu/09500/09568/09568.htm

Week 4 (9 maart) – Casus 1c

  • Redactie onderdeel Karel Szalay

Week 5 (16 maart) – Casus 2a

Theorie:

Leesopdracht: Cees Koster: 'Translation History: Between Micro- and Macro- narratives' In: Petra Broomans & Sandra van Voorst (eds), Rethinking Cultural Transfer and Transmission. Reflections and New Perspectives. Groningen: Barkhuis 2012, pp. 49 – 60.

  • Zsigmond Nagy: Leven

  • Levensbericht van Dr. Zsigmond Nagy

http://www.dbnl.org/tekst/_jaa003192301_01/_jaa003192301_01_0012.php

+ eigen onderzoek

Week 6 (23 maart) – Casus 2b

  • Zsigmond Nagy: Werk

  • Vertaling van Vondels Lucifer

Week 7 (30 maart) Casus 2c

  • Redactie onderdeel Zsigmond Nagy

Week 8 (6 april) – Casus 3a

Theorie:

Leesopdracht: Reine Meylaerts & Maud Gonne: ''Transferring the city – transgressing

borders: Cultural mediators in Antwerp (1850–1930)' In: Translation Studies, 7:2, 133- 151.

  • Géza Antal: Leven – eigen onderzoek

Week 9 (12 april) –- geen les in verband met lentevakantie

Week 10 (20 april) Casus 3b

  • Géza Antal: Werk

  • Vertaling van Robert Fruin: Tien jaren uit den Tachtigjarigen Oorlog. 1588-159. Den Haag: Martinus Nijhoff 1861.

Week11 (27 april) Casus 3c

  • Redactie onderdeel Géza Antal

Week 12 (4 mei) Casus 4a

Theorie:

Leesopdracht: Petra Broomans & Marta Ronne: 'Gendering Cultural Transfer and Transmission History' In: Petra Broomans & Sandra van Voorst (eds), Rethinking Cultural Transfer and Transmission. Reflections and New Perspectives. Groningen: Barkhuis 2012, pp.117 –- 130.

  • H.A.C. Beets-Damsté: Leven

Sivirsky Antal: “A holland-magyar kulturális csereforgalom kezdetei (Beets Adriaané (sic) szül. Damsté Helbertina Anna Cornelia 1871 –- 1954)” In: Uő: Magyarország a 19. századi holland irodalom tükrében. Budapest: Akadémiai kiadó 1973, pp.148 – 154.

http://www.dbnl.org/tekst/_jaa003195601_01/_jaa003195601_01_0005.php

http://www.absolutefacts.nl/vrouwen/data/beetsdamstehilbertine1871.htm

eigen onderzoek

Week 13 (11 mei) – Casus 4b

  • H.A.C. Beets-Damsté: Werk

  • Vertaling Van Kálmán Mikszáth: De wonderparaplu

Week 14 (18 mei) Casus 4c

  • Redactie onderdeel H.A.C. Beets-Damsté

 

Nedd12-302 Literair Vertalen

Leerdoelen

Studenten leren hoe ze een Nederlandstalig literair werk in het Hongaars kunnen vertalen, hoe ze een Hongaarstalige literaire tekst construeren. Zijn er criteria voor een goede vertaling? Indien niet, waarom niet, indien wel, waarom wel. Hoe begint literair vertalen? Wat zijn de verschillende fasen van literair vertalen? Tijdens het vertaalproces maken ze zich van deze fasen bewust: hoe interpreteren ze de te vertalen tekst, welke keuzes moeten ze maken, welke stijlkenmerken heeft de tekst, kunnen deze gehandhaafd blijven of niet, wat zijn realia en welke mogelijkheden er bestaan om realia te vertalen.

Beschrijving

Studenten vertalen de de novelle Fort Europa van Tom Lanoye (1999). Ze geven eerst hun eigen interpretatie van de tekst. Daarna lezen ze enkele studies over het verhaal. Op elke les wordt de vertaling van een of twee studenten centraal gesteld. Studiegenoten oefenen kritiek uit op de vertaling. Op grond van een vertaaldagboek geven studenten argumenten voor hun vertaalkeuzes.

Opbouw cursus

Elke week vertalen studenten een onderdeel van de novelle. Ze treden afwisselend als vertaler en criticus op.

Evaluatie

Op grond van de op tijd ingeleverde vertalingen, vertaaldagboeken en activiteit op de les op een schaal van 1 tot 5.

Criteria voor een testimonium

Maximaal 3 gemiste lessen, actieve participatie en de uitvoering van alle opdrachten.

Studiemateriaal

Tom Lanoye: Fort Europa (1999)

Literatuur

Aanbevolen: Uit: Ton Naaijkens et al (eds): Denken over vertalen. Tekstboek vertaalwetenschap. Nijmegen: Vantilt, 2004.

Diederik Grit: 'De vertaling van realia'.

Peter verstegen: 'Vertaalcriteria en vertaalkritiek'.

Kitty M. van Leuven-Zwart: 'Een goede vertaling, wat is dat?'.

Jacqueline Hulst: 'Het product centraal: criteria en methoden voor de evaluatie van vertalingen'.

Tom Lanoye: Fort Europa

http://www.lanoye.be/tom/wp-content/uploads/2012/10/Fort-Europa.-Hooglied-van-versplintering.pdf

 

Tom Lanoye over 'Fort Europa', taal, macht en democratie

http://www.oorgetuige.be/archive/2008/01/11/tom-lanoye-over-fort-europa-taal-macht-en-democratie.html

Europees Referentiekader Literair Vertalen (PETRA-E)

http://petra-educationframework.eu/nl/

 

 

2016-2017  1ste semester

BBN-NED-401/402 Moderne Nederlandstalige literatuur

Doelstelling

Studenten maken kennis met de maatschappelijke en culturele context van een aantal belangrijke schrijvers en literaire bewegingen van de twintigste en de eenentwintigste eeuw zowel in Nederland als Vlaanderen. Ze krijgen een overzicht van de literatuurgeschiedenis van de periode.

Opbow van de cursus

1. Maatschappelijke en culturele contexten van het modernisme. Historische avant-garde. Noord en Zuid (De Stijl- Van Ostaijen:Ik sta eenmaal voorbij de grens)

2 Maatschappelijke en culturele contexten van het modernisme. Gedichten van Paul van Ostaijen (Melopee, Mythos, Geologie)

3. Maatschappelijke en culturele contexten van het modernisme. Teksten van Martinus Nijhoff (De wandelaar, Het kind en ik)

4. Vormen van modernisme tussen de twee wereldoorlogen. Vorm of vent. Het tijdschrift Forum.

5. Vormen van modernisme tussen de twee wereldoorlogen.

6. Literatuur van de Holocaust. Het dagboek van Anne Frank.

7. Literaire verwerking van de Tweede Wereldoorlog.

8. Maatschappij en literatuur na de oorlog. Gedichten van Vasalis.

9. Maatschappij en literatuur na de oorlog. COBRA en de Vijftigers.

10. Literaire verwerking van de dekolonisatie.

11. Vernieuwingen in Nederland

12. Vernieuwingen in Vlaanderen

Toets

 De cursus wordt afgesloten door een mondeling examen. De stof van het examen komt overeen met op de hoorcolleges besproken materiaal. Cijfers van 1 tot/met 5.

Bronnen:

Boven, Erica van & Kempering, Mary (bewerking), Literatuur van de moderne tijd. Nederlandse en Vlaamse letterkunde in de 19de en 20ste eeuw. Bussum: Coutinho 2006.

 Gera, Judit & Sneller, Agnes.A (2010). Inleiding literatuurgeschiedenis voor de internationale neerlandistiek. Hilversum: Verloren.

 Gera, J. (ed.), Németalföldi Irodalmi Szöveggyűjtemény Sorozat 3, 4, 6. Budapest, 1995, 1996, 1997

(Bloemlezingen uit de Nederlandse literatuur 3, 4, 6. Budapest, 1995, 1996, 1997)

http://dbnl.org

Dióssi, Adrienn & Kalla, Barbara & Novakovic-Lopusina, Jelica (red.), Kersvers. Bloemlezing moderne Nederlandstlige poëzie, Budapest: Károli 2009

 

BMA-NEDD12-111 Az irodalomtudomány módszertana (előadás) (Methodologie van de literatuurwetenschap)

Doelstelling:
Studenten maken kennis met de verschillende mogelijkheden van literatuurbenadering. De aangeboden methoden worden toegepast op de Max Havelaar van Multtuli. De hoorcolleges functioneren - gezien het kleine aantal studenten - als interactieve lessen. Na een korte theoretische uiteenzetting gaan we allemaal de besproken benadering op de tekst toepassen.

Opbouw van de cursus

Inleiding

Bespreking van Multatuli's Max Havelaar 

Representatie en mimesis

Analyse

Narratologie

Analyse        

Retoriek

Analyse

Esthetiek

Analyse

Postkoloniale theorie

Analyse

Feministische theorie

Analyse

Secundaire literatuur:

  • Gera, J. – Sneller, A. Agnes, Inleiding literatuurgeschiedenis voor de internationale neerlandistiek, Hilversum: Verloren 2010. De hoofdstukken over literatuurtheorie en de tekstanalyses.

  • Gera, J., Van een afstand. Multatuli's Max Havelaar tegendraads gelezen. Amsterdam: Veen, 2001.

  • Korsten, F.W., Lessen in literatuur, Nijmegen: Vantilt, 2009.

    • feministische literatuurwetenschap, pp. 171-178

    • esthetiek, pp. 149 – 154.

  • Multatuli: Max Havelaar of de koffieveilingen der Nederlandsche Handelmaatschappij. Amsterdam: Bert Bakker 2005.

BBN-NED12-112 Holland nyelvű kultúra: intermedialitás (Nederlandstalige cultuur: intermedialiteit)

Doelstelling:

Meer cohesie te scheppen onder de verschillende groepen studenten en tussen docenten en studenten. Het vak neerlandistiek beter in te bedden in de context van andere vakken van de Letterenfaculteit van de ELTE. Met andere woorden: ons vak open te gooien naar andere vakken en op die manier meer interdisciplinariteit in de neerlandistiek te brengen. Zo is de bedoeling dat op deze lessen telkens collega's van andere vakken een lezing komen geven over aan de neerlandistiek verwante onderwerpen. 

Opbouw van de cursus

Week 2:

14-09 Kazimir Edit (Universiteitsiblioteek ELTE): H.J. van Noppen Magyarországról szóló fotóalbumáról és az Egyetemi Könyvtár holland vonatkozású gyűjteményéről

Week 3:

21-09 Gúti Erika (Universiteit Pécs): Nyelv és hatalom

Week 4:

28-09 Marinella Orioni: Op ontdekkingstocht door het Meertalige brein.

Meertalige taalverwerving, meertalige woordenschat, taalmixen en andere van aspecten van meertaligheid onder de loep

Week 5:

05-10 Léon Hanssen (Universiteit Tilburg): De wisselende posities van Piet Mondriaan in de twintigste-eeuwse internationale cultuur

Week 6:

12-10 Joop van der Horst (Universiteit Leuven): "Over de vluchtigheid van grammaticale categorieen" De geschiedenis van het voorzetsel

Week 7:

19-10 Michiel van Kempen (Universiteit van Amsterdam): over de Surinaamse schrijver Albert Helman

Week8

26-10 Jacquelin Bel (Vrije Universiteit Amsterdam): Bloed en rozen, voetklemmen en uitdagingen voor de literatuurgeschiedschrijver.

Week 8:

02-11 geen les i.v.m. herfstvakantie

Week 9:

09-11 Jacomine Nortier (Universiteit Utrecht): (Voor-)oordelen rond meertaligheid.

Week 10:

16-11 Marc Le Clercq: Het zelfbeeld van de Nederlander

Week 11:

23-11 Agnes Sneller (Universiteit Károli): `Wie naar mij luist'ren wil, die zal ik eens belonen'.Tesselschade Roemers als renaissance dichter

Week 12:

30-11 Herbert van Uffelen (Universiteit Wenen): Moeder, waarom vertalen wij? Over de (on-)vertaalbaarheid van literatuur. 

Week 13:

7-12 Docenten vakgroep – Tentamen, Afsluit, evaluatie

Werkwijze en beoordeling:

Elke week geeft een uitgenodigde gastspreker en lezing over een specifiek onderwerp in verband met de Nederlandse taal, cultuur en literatuur, of andere vakken over aan de neerlandistiek verwante onderwerpen. De studenten lezen elke week de opgegeven leesopdracht(en) en formuleren twee relevante vragen aan de hand hiervan. Aan het eind van het semester worden de studenten getoetst op de stof van de colleges en leesopdrachten met een schriftelijk tentamen (keuze uit drie essayvragen) op de laatste week van het semester.

BMA-NEDD12-310 Gender és posztkoloniális tanulmányok (Gender en postkoloniale studies)

Doelstelling

A hallgatók megismerkednek a posztkolonialitás fogalmával, a posztkoloniális elmélet alapfogalmaival.  A holland nyelvű irodalmi szövegeket a bennük ábrázolt alá-fölérendeltségi, hatalmi viszonyok szempontjából elemezzük, különös tekintettel arra, hogy gyarmatosító vagy gyarmatosított elbeszélővel illetve  fokalizátorral van-e dolga az olvasónak, s mindez hogyan határozza meg a hatalmi viszonyokat a szövegben.  A kurzus célja, hogy a hallgatók megtanulják a posztkolonialitás elméletét, eszköztárát és ennek alkalmazását a szöveg kontextualizálásban, azaz a szövegnek az adott kor és társadalom ideológiájával való kapcsolatát, továbbá azt, hogy az olvasó ideológiája is szerepet játszik egy-egy szöveg interpretációjában.

A kurzus második felében  a hallgatók megismerkednek a társadalmi nem fogalmával, a nemi szerepek társadalmi, az irodalmi reprezentációk konstrukciós jellegével. A holland nyelvű irodalmi szövegeket a bennük ábrázolt férfi-nő kapcsolat szempontjából elemezzük, különös tekintettel arra, hogy férfi vagy női elbeszélővel, női vagy férfi fokalizátorral van-e dolga az olvasónak, s mindez hogyan határozza meg a hatalmi viszonyokat a szövegben. A szövegeket a tér- és az időviszonyok szexualizálásának szempontjából is vizsgáljuk. A szubjektum történelmi fejlődését szem előtt tartva elemezzük nőírók munkáit, férfi írók nőábrázolásait, kritikai olvasással keressük a szexizmus textuális példáit. A kurzus célja, hogy a hallgatók megtanulják a feminista narratológia elméletét, eszköztárát és ennek alkalmazását a szöveg kontextualizálásban, azaz a szövegnek az adott kor és társadalom ideológiájával való kapcsolatát, továbbá azt, hogy az olvasó ideológiája is szerepet játszik egy-egy szöveg interpretációjában.

Opbouw cursus

1. Inleiding postkoloniale theorie

2. Eurocentrisme

3. Binaire opposities

4. Centrum -- periferie

5. Koloniale discourse

6. Dislocatie

7. Inleiding gender theorie

8-9-10-11-12: blok-cursus A.Agnes Sneller

 Toets

Mondeling examen of Hongaarstalig essay

Literatuur

Bókay, Antal e.a. (eds) (2002): A posztmodern irodalomtudomány kialakulása. Szöveggyűjtemény. Budapest.

Bókay, Antal (2006): Bevezetés az irodalomtudományba. Budapest.

Gera, Judit & Sneller, A.Agnes Sneller (2010): Inleiding in de literatuurgeschiedenis voor de internationale neerlandistiek. Hilversum: Verloren

Helman, Albert (1928): Mijn aap schreit. Utrecht: De Gemeenschap Uitgevers.

te vinden op: http://www.dbnl.org/tekst/helm003mijn03_01/helm003mijn03_01_0001.php

Korsten, F.W. Lessen in literatuur. Nijmegen: Vantilt, 2009. pp. 155 -- 178., pp.275 -- 299.

Zoeken

Facebook